“Mijn kind loopt graag weg. Ik zeg dat hij bij me moet blijven, maar 5 minuten later zie ik hem alweer wegspurten.”
Zorg dat je de situatie omdraait en voor een verrassingseffect zorgt. Zodra je kindje wegloopt roep je ‘stop!’, zodat hij zich omdraait. Je zwaait hem vervolgens goedendag en spoort hem aan om te gaan. Als hij dan weer wegloopt, roep je weer ‘stop!’, geef je hem een snoepje voor onderweg en wens je hem een goede reis. Zodra hij zich omdraait en weer wegloopt, roep je opnieuw ‘stop!’. Ditmaal om hem een denkbeeldige wandelkaart te geven van de omgeving, hem bemoedigend succes te wensen en hem weer aan te sporen om te vertrekken. Gaat hij dan weer op pad, dan roep je voor een laatste keer ‘stop!’ en geef je hem zijn pyjama mee ‘voor het geval het lang gaat duren’. Je wenst hem nogmaals succes en moedigt hem aan vooral een kaartje te schrijven. Ik vermoed dat hij dit niet had verwacht en zo opgaat in het spel dat hij alweer was vergeten dat hij wilde weglopen. Ook leuk om te proberen: ren zo hard als je kunt, zodat je het kind een flink stuk voorbij rent. Daar teken je met een denkbeeldig krijtje een streep op de straat en laat je hem met een stopteken stoppen bij de streep. Daar speel je voor douanier. Je vraagt hem om zijn paspoort, ‘fouilleert’ hem en laat hem door een denkbeeldige metaaldetector gaan. Als laatste vraag je hem naar zijn koffer. Wedden dat hij vergeet waar hij heen wilde?”
